Broodtrommels klaar? Check. Gymschoenen in de goede maat? Check. Verlichting op de fietsen? Check. Terug naar school. Menig huishouden bereidt zich hierop voor en dan passeert ook het zakgeld de revue. Want hoeveel geef je eigenlijk?
Financiële educatie staat hoog op de politieke agenda. Dit schooljaar al komt er extra geld beschikbaar vanuit de overheid voor MBO’s en later volgen ook de basisscholen. Niet zo gek als je weet dat kinderen later minder vaak in financiële problemen komen als ze al op jonge leeftijd leren omgaan met geld.
Vrijwel elke ouder vindt het belangrijk dat het kind goed met geld kan omgaan, leert onderzoek van de Volksbank. En iets meer dan de helft vindt dat school hierin ook een taak heeft. Het grootste effect bereiken we dus als kinderen er op school én thuis over leren. Geen beter moment om onze financiële opvoeding nog eens tegen het licht te houden dan nu. Nu de beleidsmakers het belang ervan ook erkennen.
Zakgeld is voor veel ouders een belangrijk deel van de opvoeding. Het NIBUD heeft handige lijstjes die ouders als richtlijn kunnen gebruiken. Uiteraard hangt de hoogte ervan ook af van wat je zelf te besteden hebt. Essentiëler echter is de vraag wat je afspreekt met je kind. Op dit moment maakt 80 procent van de ouders nog geen afspraken over hoeveel geld er bijvoorbeeld gespaard moet worden. Terwijl de uiteindelijke hoogte van het zakgeld juist samen hangt met de afspraken die je maakt met je kind.
Wat kun je dan afspreken? Denk aan praktische zaken zoals hoe vaak je zakgeld geeft, wanneer en of dat cash is of digitaal - je kind wegwijs maken in de digitale financiële wereld is hier nauw aan verwant en een column op zich. Tevens: zijn er dingen verboden of mag het zakgeld overal aan worden uitgegeven? En welk deel van het zakgeld dienen ze op hun spaarrekening te zetten? Want minder spenderen dan er binnenkomt is nog steeds dé manier om geld over te houden.
Dit alles bepaalt de hoogte van het zakgeld en kun je opnemen in een zakgeldcontract. Een contract? Jawel, dat klinkt officieel, maar het zorgt er voor dat het helder voor jullie is welke afspraken er zijn. Dat vergroot de verantwoordelijkheid van je kind.
En als het een keertje misgaat en ze hebben niet genoeg geld voor hun wensen. Dan verzucht je: „Tja, op is op.” Intussen blijf je natuurlijk op je handen zitten in plaats van de pinpas te trekken.
Johanneke sluit hiermee af als columnist op deze pagina, maar blijft als expert verbonden aan de krant. Om op haar manier te blijven bijdragen aan ieders financiële gezondheid.
Een column over zak geld: hoeveel geef je eigenlijk? Het zakgeldcontract en waarom dat bijdraagt aan financiële educatie.
Meer tips ontvangen? Schrijf je hier in voor de nieuwsbrief van Financieel Opvoeden of volg ons op instagram @financieel.opvoeden.
Comments